Samenwerken aan opmars groene grondstoffen

By augustus 20, 2019Nieuws

In 2018 zijn Chemelot InSciTe (Brightlands Chemelot Campus) en Bio Treat Center (Brightlands Campus Greenport Venlo) een crosscampus partnerschap aangegaan. Ben Rooijackers van BTC en Marijn Rijkers van InSciTe vertellen waarom die samenwerking zo belangrijk is en wat ze samen willen bereiken.

Ben Rooijackers: “BTC is actief in het voorbewerken van biomassa tot een grondstof voor de circulaire economie. We leggen verbindingen om nieuwe circulaire ketens op te starten, bijvoorbeeld nu bij InSciTe  richting chemie. In de verwaarding van champost zagen we een mogelijkheid om samen te werken: Champost blijft over na het oogsten van champignons. Het is ligninerijk en InSciTe verricht veelbelovend onderzoek naar juist lignine-toepassingen. Om de slagingskans van zo’n nieuwe circulaire keten te onderzoeken hebben we recent samen een aanvraag ingediend voor een financiële bijdrage vanuit het OPZuid programma.”

“Je kunt hernieuwbare grondstoffen halen uit producten die mensen weggooien (recyclen) maar je kunt ze ook halen uit reststromen van de bosbouw en agrarische sector. Wij zien de reststromen als “groene grondstof” , legt Marijn Rijkers uit. De eerste waardeketen die we samen ontwikkelen kan een mooi voorbeeld zijn:  Van groene grondstoffen maak je via de chemie consumentenproducten. Dat is echt uniek en geeft ook de meerwaarde van dit partnership aan.” Ben Rooijackers knikt bevestigend: “Ons doel is om uit  die reststromen echt iets nuttigs te maken in plaats van dat het in de vuilverbranders terecht komt en er energie van wordt gemaakt.”

In dit relatief nieuwe speelveld ligt een groot aantal uitdagingen klaar

Ten eerste is er de relatieve onbekendheid van bedrijven met ‘groene grondstoffen’: Processen zijn doorgaans nog gebaseerd op fossiele grondstoffen en bedrijven zijn duurzamere alternatieven nog aan het verkennen. Ze bellen me regelmatig, aldus Marijn Rijkers:  Ben je nog groene grondstoffen tegengekomen? Als ik dat bevestigend beantwoord is de volgende vraag: Wanneer en waar kunnen we dat kopen? Maar zo werkt het niet. Je moet als afnemer participeren om gezamenlijk duurzame waardeketens te kunnen opbouwen. Die bal blijft nog te vaak liggen.”

Ben Rooijackers: “Daarnaast wordt de snelheid waarmee de technologie om groene grondstoffen te verwerken geïmplementeerd kan worden overschat. Een proces om grootschalig chemische componenten te kunnen produceren duurt minimaal 10 jaar. Dan zijn de productiefaciliteiten ook nog eens kapitaalintensief wat er voor zorgt dat investeerders terughoudend zijn, geen risico’s willen lopen.”

“Maar vergis je niet, voegt Marijn Rijkers optimistisch toe,, er zit wel degelijk een economisch voordeel in. Er zijn al voorbeelden bekend waar biobased producten goedkoper kunnen worden gemaakt dan fossiele. En los van het business model maak je als bedrijf natuurlijk een grote maatschappelijke impact als je ‘groen’ gaat produceren.”

De transitie naar een circulaire economie kunnen we versnellen, mede onder invloed van de actuele klimaatdiscussie. Er staat veel te gebeuren.

Marijn Rijkers: “We staan aan de vooravond van een transitie, ook in de chemische industrie. Door te investeren in wezenlijke innovatie kunnen we de hele chemische industrie van Nederland circulair maken. VNCI heeft goed inzichtelijk gemaakt hoe, de regering hoeft alleen de daad bij het woord te voegen. In 30 jaar tijd zou dat ongeveer 2 miljard euro per jaar kosten. Dat lijkt veel, maar is op (inter)nationaal niveau prima te financieren. En last but not least creëert zo’n industriële transitie meer dan 10 duizend nieuwe arbeidsplaatsen in Nederland.

Bedrijven vragen ons:  Ik wil circulair worden, geef aan hoe dat kan? Wij als technologen hebben de verantwoordelijkheid om daar oplossingen voor te bieden. In die nieuwe waardeketens kunnen we in business cases uitrekenen hoe investeringen gaan renderen. Technologisch is het geen probleem, bijna alles is mogelijk. Maar er is meer voor nodig. Vaak gaan bedrijven pas innoveren onder druk, bijvoorbeeld door een dreigende CO2 heffing.”

Innovaties kunnen door de overheid, met goede stimuleringsprograma’s, zeker worden bevorderd volgens Ben Rooijackers. “Zeker als daarbij de risico’s worden verkleind en de investeringen in tijd en geld worden gecompenseerd.  Zo ontstaan nieuwe, perspectief biedende verdienmodellen, zoals bij de telers van champignons. Is de champost afval? Dan moet voor de afzet worden betaald. Krijgt het een goede bestemming in de circulaire economie? Dan betaal je minder of zelfs niets, dan krijgt het juist waarde.”

De meest bepalende stap in versnelling is echter maatschappelijk. De klimaatdiscussie werkt positief: De maatschappij roert zich en daarmee wordt de urgentie voor bedrijven ook steeds duidelijker.

‘Je moet als afnemer participeren om gezamenlijk duurzame waardeketens te kunnen opbouwen. Die bal blijft nog te vaak liggen’

Zowel Ben Rooijackers als Marijn Rijkers zijn liefhebbers van de natuur wat een extra stimulans vormt in hun werk en in hun persoonlijke ambitie.

“Mijn ambitie is dat de waardeketen die wij zien en waaraan we werken binnen 10 jaar ook echt gerealiseerd gaat worden. En dan een ‘zwaan kleef aan effect’ heeft gerealiseerd. Nu zijn we een paadje ingeslagen dat perspectief biedt en hopelijk leidt dit tot een bredere weg met mooie ontwikkelingen. Dat perspectief zie ik en daar ga ik voor,“ aldus Ben Rooijackers.

Marijn Rijkers deelt Ben’s perspectief: “Innovatie in de circulaire economie, in enerzijds het realiseren van nieuwe fabrieken en anderzijds leercurven doorlopen. Ook al realiseer ik me dat we nog tegen veel vragen gaan aanlopen en dat het veel tijd kost om ze te beantwoorden. Het is en blijft mijn ambitie om industriële sites als Chemelot van fossiele grondstoffen af te halen en te verbinden met hernieuwbare grondstoffen.”

Een Engelstalige versie van dit interview verscheen eerder in Chemelot’s  Annual Review 2018

Ben Rooijackers (Levensmiddelentechnoloog) is van nature een vernieuwer die altijd op zoek is naar verbeteringen en innovaties. Als pionier startte en ontwikkelde hij diverse bedrijven in de mestmarkt en zocht hij naar oplossingen in mestverwerking die bijdragen aan de circulaire economie – waaronder de innovatieve mestverwerkingsinstallatie Merensteyn in Ysselsteyn (L). Sinds 2017 is Ben projectmanager voor diverse projecten die gericht zijn op het verwaarden van champost. Vanaf eind 2018 is Ben tevens verbonden aan het open innovatiecentrum Bio Treat Center in Venlo, waar hij als projectmanager de aangesloten ondernemers ondersteunt bij de ontwikkeling van nieuwe business. Zo is hij betrokken bij projecten die er op gericht zijn om inhoudsstoffen uit o.a. groente te verwaarden.

Marijn Rijkers (Chemisch technoloog) werkte circa 27 jaar bij DSM met innovaties op het gebied van Biobased als rode draad. Marijn was verantwoordelijk voor DSM’s corporate circulaire economie programma in circulaire grondstoffen, tussenproducten en materialen. Deelname in Chemelot InSciTe’s biobased programmaraad en voorzitterschap van BBI-JU project BIOFOREVER waren hier onderdelen van.

Vanaf mei 2017 stuurt hij bij InnoSyn het circulaire economie programma alsmede de implementatie van projecten aan. Daarnaast werkt hij bij InSciTe in het biobased programma aan new business developmentalsmede het uitbouwen en verbeteren van de pilot faciliteiten.

In Chemelot InSciTe trekken topwetenschappers, het bedrijfsleven en de overheid samen op als internationaal kennisknooppunt om innovatieve nieuwe chemische bouwstenen van biomassa te maken en  nieuwe biomedische materialen te ontwikkelen, te testen en klaar te maken voor marktintroductie.

Chemelot InSciTe
Urmonderbaan 20F
6167 RD Sittard-Geleen, The Netherlands
T +31 46 702 28 00
E info@chemelot-inscite.com

Pagina afdrukken