Helaas is dit nu niet zo’n hele moeilijke vraag.
De wereldwijde corona-crisis gaat ook als deze voorbij is de wereld veranderen. Althans dat hoop ik.
Toenemend bewustzijn
Toen ik zelf ca 10 jaar geleden actief werd binnen dit thema was de bio-economie nog sterk aanbod-gedreven. Veelal ingegeven vanuit de zogenaamde agrificatie ontstond onder andere in de primaire sector het beeld dat er grote mogelijkheden zouden zijn met reststromen. Er ontstond een situatie waarbij deze sector bijna letterlijk de reststromen langs de weg zette. Helaas bleek er echter nog geen of nauwelijks marktvraag te bestaan. De industrie zat simpelweg nog niet op het spoor dat het zichzelf realiseerde dat ze op zoek moesten naar alternatieve grondstoffen; alternatieven voor fossiele grondstoffen die hun eigen productieproces en de maatschappij zouden verduurzamen.
Enkele jaren later draaide de keten langzaam maar zeker om. Vrijwel alle marktvelden (variërend van food tot feed, chemie en materialen) kregen hun eigen duurzaamheidsagenda’s en werden langzaam maar zeker gedwongen om deze zoektocht toch in te gaan zetten. Sterker nog, langzaam maar zeker zien veel bedrijven dit (gelukkig) ook als enige weg naar een duurzame toekomst. Door deze ontwikkeling en het stijgende bewustzijn bij de primaire sector dat er wellicht in de toekomst toch nieuwe markten gaan ontstaan voor reststromen is het hele systeem min of meer omgedraaid. Bedrijven zoeken daadwerkelijk naar componenten uit biomassa.
Samenwerking
Echter het verwaarden van deze componenten door de primaire sector is vaak pas mogelijk bij meervoudige winning en verwaarding. Juist dit leidt tot een zeer complexe en ook wel chaotische structuur. Er is ongelofelijk veel mogelijk en op het gebied van technologie zijn we inmiddels al ontzettend ver. Waar we echter echt behoefte aan hebben is nieuwe coöperatieve modellen om dit georganiseerd te krijgen. Komende jaren zal dan ook met name de nadruk liggen op het verkennen van deze nieuwe samenwerkingsvormen.
Consumentengedrag als drijver
De echte stimulans voor deze beweging moet nu juist van de consument komen. Die moet het laatste zetje aan alle partijen gaan geven om daadwerkelijk de stap te zetten om samen aan tafel te gaan. En wellicht gaat dat in de komende jaren gebeuren.
Deze consument, de buurman van ‘om de hoek’. Juist deze burger realiseert zich in deze bijzondere tijd meer en meer de kwetsbaarheid van de mensheid en meer concreet de afhankelijkheid van andere landen. Juist dit kan een kentering betekenen. De bio-economie kan ons in staat stellen om op een duurzame wijze meer en meer eigen producten te produceren zonder daarbij afbreuk te doen aan de draagkracht van de aarde en haar natuurlijke bronnen. Laten we hopen dat deze crisis ons uiteindelijk tot dit inzicht brengt.